Dinsdag 25 juni 2024
Over de ‘K’
Even terugkijken
Het was 1853, lang geleden dus, dat in ons land de bisschoppelijke hiërarchie werd hersteld: katholieken en hun kerk kregen de ruimte waar iedere Nederlander recht op had. Dat hebben we geweten.
Er kwam een katholieke emancipatiebeweging op gang. Op allerlei terreinen deden de katholieken van zich spreken: kerken werden gebouwd, processies trokken weer door de straten. In de Katholieke Staatspartij o.l.v. Schaepman namen katholieken hun verantwoordelijkheid in de politiek, allerlei organisaties en verenigingen op katholieke grondslag schoten als paddenstoelen uit de grond. Er moest steeds meer rekening worden gehouden met het katholieke volksdeel, de katholieke zuil stond fier en stevig overeind... ‘Roomschen dat zijn wij met ziel en harte’, met fanfarebegeleiding gezongen uit volle borst… De strijd werd aangegaan, ook als katholiek kon je een volwaardig Nederlandse staatsburger zijn, met alle rechten en plichten van dien.
In spannende en duistere tijden heeft het horen bij de katholieke kerk velen richting gegeven in tijden dat barbarij en moedeloosheid zich opdrongen. Denk maar aan de ‘ballade van den katholiek’ waarin Anton van Duinkerken de NSBer Mussert en ‘zijn opgewonden kliek’ de les las. Bisschoppen spoorden aan tot eenheid en saamhorigheid. Stemadviezen waren heel gewoon, ‘stem KVP’ dan waren de katholieke waarden in goede handen.
Als wij nu terugkijken op die tijd, dan ontdekken we dat katholiek zijn wellicht meer een culturele dan een inhoudelijk gelovige zaak was. Alles wat met die binnenkant van doen had dat overgelaten aan de ‘vaklui’ (priesters, theologen, religieuzen), de buitenkant was meer voor de gewone man. De hiërarchie was sterk. Katholiek zijn was een zaak waarover intern weinig discussie was, zo werd je geboren en dat hoefde je of dat kon je niet verantwoorden.
Nieuwe ontwikkelingen
Na ‘40-‘45 begonnen allerlei nieuwe ontwikkelingen zich af te tekenen. De bisschoppen probeerden nog met een Mandement in 1954 de kudde bij elkaar te houden en af te grenzen van ‘de roden’, de socialisten -of nog erger de communisten- en liberalen, maar dat liep op een mislukking uit. De gemiddelde katholiek was even gemiddeld als de gemiddelde Nederlander. De macht van de hiërarchie brokkelde steeds meer af. De emancipatie was voltooid, nieuwe vragen kwamen aan de orde.
Katholiek zijn is aan het verdampen voor zover het gaat over het horen bij een instelling. Maar in het spoor van het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1966) en luisterend naar de heldere taal van paus Franciscus tekenen zich nieuwe lijnen zich af.
Katholiek zijn blijkt steeds meer te gaan over wie ik zelf ben, hoe ik tegen de zin van mijn leven aankijk. Wat betekent onze zo groot geworden wereld? Gaat het alleen maar over economische groei en macht voor onszelf of gaat het over - de mooie omschrijving van paus Franciscus - ‘het huis dat wij bewonen’, een leefwereld die ons gegeven is. Dat maakt een groot verschil. Durf ik een relatie met God, te zoeken, is geloven iets van het verstand of meer van het hart? Hoe ga ik om met het grote Geheim dat ons bestaan en het bestaan van de wereld toch is, in het klein in het groot, dat ik iedere dag tegenkom als ik niet als een blinde en dove over deze aardbol rondwandel? Weet ik me betrokken op mijn medemensen of zie ik me zelf als het centrum van de wereld? ‘Me First’?
Goed en kwaad
De katholieke levensbenadering is altijd goed geweest in het formuleren van idealen voor mens en samenleving. Dat werd zo sterk benadrukt dat bijna vergeten werd dat de kerk ook mensenwerk is en dus ook trekken vertoont van mislukking en tekortkoming, het goede èn het kwade horen bij het menselijke. Ik hoef het woord ‘misbruik’ maar te laten vallen, maar dat niet alleen, op allerlei terreinen heeft het katholieke tekort geschoten naast de goede zaken die werden bevorderd. Maar zijn we ons daarvan bewust? Zo wordt wel eens gezegd dat het best bewaarde geheim van de katholieke kerk haar sociale leer is, die toch voortdurend in ontwikkeling is en bij de tijd.
Wat moeten we met de ‘K’?
In kringen die nog niet zo lang geleden geheid katholiek waren klinkt nu ook steeds meer het geluid: ik wil van die ‘k’ af, ook in KBOafdelingen klinkt dat. Als het een behoefte is om af te komen van een dwingend instituut en van een buitenkant die steeds meer een jas is die je niet meer past, dan is dat zelfs toe te juichen.
Maar neem je daarmee ook niet afscheid van een levensovertuiging en –houding die ruimte geeft, die de mens op de hem toekomende plaats stelt en die helpt te zoeken naar zijn relatie met God, een visie op mens en wereld die eeuwenlang ook veel goeds heeft gebracht, tot op vandaag? Een levensovertuiging die in mijzelf wortel kan schieten ten gunste van mij en van de ander, een uitnodiging om deel te nemen aan het uitvouwen van een kijk op mens en wereld zoals die in het verhaal en de persoon van Jezus van Nazareth aan de orde komt… willen we dat overboord gooien?
Uitnodiging
Daar moeten we toch maar eens goed over nadenken. Het handhaven van de ‘K’ is helemaal niet gek in de wereld van onze dagen waar zoveel waardevols overboord wordt gekieperd… nieuwe invulling van de ‘K’ die wens ik ons allen toe. Zou het niet de moeite lonen om daarvoor ook eens een middag bij elkaar te komen en samen daarnaar te zoeken?
Bart Verreijt
Wilt u ook lid worden van KBO Soest? Bekijk alle voordelen door op de onderstaande knop te drukken.
Behartiging van de belangen van haar leden in de gemeente Soest en Baarn.
KBO Soest-Soesterberg-Baarn
Postbus 139
3760 AC Soest
info@kbosoest.nl